Hoofdstuk 1
Hoi, mijn naam is Nancy Henderson. Op deze plek begin ik mijn 10G, in het hartje van Queenstown. Het is echt een geweldige stad. Niemand kent mij hier, niemand weet iets af van mijn verleden. Hier ben ik ‘de nieuweling’.
Dit is het huisje dat ik hier in Queenstown heb gekocht. Niet echt speciaal, ik had ook geen geld voor iets speciaals. Nu ik dit huisje had gekocht was mijn geld bijna helemaal op. Ik had net genoeg om van te leven.
Op een avond besloot ik uit te gaan. Ik ging naar een disco, het was er erg leeg. Ik was bijna helemaal alleen. Ik keek om me heen, er waren niet echt mensen die me leuk leken. Onder het dansen door dronk ik wat lekkere drankjes. Je werd er lekker los van.
Laat op de avond hoorde ik de lift open gaan, ik keek. Er kwam een knappe man uit. Ik staarde hem aan, toen hij keek draaide ik mijn hoofd snel weg. Ik bloosde, hij dacht zeker 'wat een gek, waarom staart ze me aan'.
Nadat hij een tijdje achter me danste stapte ik toch op hem af. ‘Hoi.’ Zei ik met een lach. ‘Hee! Ben jij niet die nieuwe?’ Ik knikte. ‘Klopt. Ik ben Nancy.’ ‘Hee Nancy, ik ben Brandon.’ Ik flirtte met hem en hij flirtte met mij. We begonnen samen te dansen en gingen steeds dichter tegen elkaar aan dansen. Uiteindelijk zoende hij me zelfs.
Toen de disco bijna ging sluiten kwam hij heel dicht naar mijn gezicht toe, mijn lippen raakte de zijne bijna. ‘Neem je me mee naar je huis?’ Zei hij. Ik rook de alcohol in zijn adem. Aangeschoten van de drank en dus niet nadenkend knikte ik en trok hem mee in de lift.
Allebei konden we niet helder nadenken door alle drankjes en we belandde boven op bed. Onze kledingstukken vlogen in het rond totdat we helemaal niks meer aanhadden. Het was een geweldige nacht.
De volgende middag werd ik wakker van Brandon. ‘Ik moet gaan.’ Zei hij en kroop het bed uit. Ook ik stapte uit bed. ‘Hoezo?’ Vroeg ik en pakte zijn hand. Ik moet zo naar mijn werk, ik ben kok. Mijn handen gleden over zijn blote borstkast en hij gaf me een zoen. Snel trok hij zijn kleren aan. ‘Tot snel en nog bedankt voor deze geweldige nacht.’ ‘Jij ook bedankt.’ Zei ik en bracht Brandon naar de deur. Hij gaf me nog een zoen op mijn wang en liep weg. Dromerig keek ik hem na, wat een stuk was hij.