Hoofdstuk 10 - Vergeven.

Na onze ruzie van vanochtend negeerde Lana me volkomen. Ze had gelijk. Natúúrlijk had ze gelijk. Ik liep langzaam Storm's kamertje binnen. Nieuwsgierig kwam hij naar mij toegelopen. Ik kwam hier eigenlijk nooit. Hij zei niets, maar ik kreeg het gevoel dat hij wist waar ik voor kwam. Voor hém. Zijn moeder kwam voor hem. Ik ben zijn moeder. Ik slikte, en met een enorme brok in mijn keel glimlachte ik voorzichtig naar hem.

Langzaam stak hij zijn armpje naar me uit. Ik bukte, en nu keken we elkaar aan vanaf gelijke hoogte. Voorzichtig pakte ik hem onder zijn okseltje. Hij keek me met trouwe bruine ogen aan. Mijn ogen. Weer moest ik slikken. Verdorie, dit is echt moeilijk. Die rode haren... Niet aan denken. ongemakkelijk hing hij half in de lucht, in mijn handen. Ik hield hem van me af, maar hij stak nu beide armpjes naar mijn gezicht uit.

Langzaam trok ik hem dichter naar me toe. Zijn kleine handjes waren nog steeds uitgestoken en ik liet hem voorzichtig mijn gezicht aanraken. "Mama." Zei hij plots. Ik schrok zo erg, dat ik hem gauw weer van me afduwde. Hij keek sip. "Sorry." Zei hij toen. Ik moest moeite doen om niet mijn emoties te laten overlopen. Ik slikte een paar keer, toen schudde ik mijn hoofd. "Nee, het spijt mij. Sorry." Zei ik tegen de nieuwsgierig Storm.

Hij lachte liefjes naar me. Zijn lach was onweerstaanbaar. Ik kreeg er kriebels in mijn buik van. Ik kneep mijn ogen dicht. Niet aan denken. Dit is Storm. Mijn zoon. Iemand anders. Ik ademde diep in, opende mijn ogen. Zijn nieuwsgierige blik, en zijn zachte lachje was onweerstaanbaar. Zijn rode krullen zijn zo mooi. Mees' krullen. Ik drukte hem tegen mijn lichaam aan. Hoe kan ik dit kind zo lang in de steek hebben gelaten. Dit geweldige, prachtige kind.

Ik voel een kusje in mijn nek. Ik druk mijn neus in zijn haren. Lana wast zijn haren met mijn shampoo... Een vertrouwde geur, de geur die zo bekend is. Ik sluit mijn ogen, geniet van het moment, waar ik sinds zijn geboorte nog nooit van genoten heb. Ik voel een zacht druppeltje in mijn nek vallen. Hij is zo slim. Ik had dit nooit later kunnen doen, anders had hij het me misschien nooit vergeven. Welke moeder zorgt zo slecht voor zijn kind in zijn eerste jaren? Ik dus. Zonder dat ik het wil loopt er ook een traan over mijn wang.

Met Storm op mijn heup, zijn handjes op mijn schouder rustend, loop ik naar beneden. Ik had gedacht dat het moeilijker zou zijn om hem onder ogen te zien, maar juist dankzij hem wordt het makkelijker. Ik loop de woonkamer in. Storm streelt zachtjes mijn haar, en weer krijg ik die kriebels. Alsof ik verliefd ben, maar dan anders. Samen kijken we naar Lana, die rustig op haar laptopje zit te tikken. Het regelmatige getik van een toetsenbord. Het getik wat ik lang niet gehoord heb.

Plotseling besef ik dat Lana niet meer geschreven heeft sinds Storm's geboorte. Eigenlijk sinds mijn tweede depressie. Tenminste, ik heb nooit gemerkt dat ze geschreven zou hebben. Zou ze weten- "Lune." Ik schrok van haar stem. Vlug veegde ik de tranen die nog op mijn gezicht lagen weg. Dan draait ze zich om. Ze lacht. Ik kijk haar onzeker aan en zet Storm op de grond neer. Dan staat ze op, en ze loopt naar me toe.

Dan komen alle emoties weer naar boven. Lana, ik heb haar zo gemist, terwijl ze er altijd voor me is. Ik sla mijn armen om haar heen. Tranen van geluk lopen over mijn wangen. "Het spijt me zo." Fluister ik in haar oor. Ze probeert wat te zeggen, maar volgens mij heeft weet ze niet wat. "Echt." Zeg ik er nog achteraan. Ze giechelt zachtjes, en ik giechel mee. "Je bent echt een sukkel." Zegt ze dan. "Dacht je echt dat ik zo tegen je zou doen, alleen omdat ik voor je kind moet zorgen."

Verbaasd kijk ik haar aan, dan begint ze te lachen. "Ach, ik wist wel dat je spijt van je gedrag zou krijgen, en daar moest ik gewoon een begin aan maken." "Maar..." Probeerde ik tegen haar in te brengen. "Het geeft niet, echt. Ik ben het van je gewend, maar beloof me wel, dat dit de laatste keer was." Dan moet ik lachen. "Stom kind! Ik ben zo gemeen geweest en dan vergeef je het me?" Zeg ik lachend. Heel ontoepasselijk om dit moment, maar het voelt zo fijn. "Jaja, ik ben gewoon blij dat ik mijn zusje terug heb!"

Plotseling hoor ik een bekend lachje.. Lana draait zich om, en samen staren we naar het kleine jongetje. Hij speelt samen met Bella, een van de drie puppy's, op de vloer, en lacht. Storm heeft de grootste pret, maar het enige wat ik hoor is zijn vrolijke lach, die intensie, de vrolijkheid. Zou hij blij zijn, omdat ik ook weer blijer ben. Zou mijn humeur invloed hebben op zijn humeur? Lana pakt mijn hand en knijpt erin. Ze fluistert: "Kijk, hij is vrolijk als jij vrolijk bent."

Dan horen we een hoog kefje, een kort gilletje, en een bonk.

Even ben ik bang, maar dan zie ik dat Storm weer overeind gaat zitten. Boos kijkt hij de pup aan, en de pup kijkt hem schuldig aan. Dan begint hij keihard te lachen. Vrolijke lange uithalen, en de pup begint vrolijk om hem heen te rennen, en hij probeert Storm nog een paar keer om te gooien, maar dat lukt hem niet. Lachend grijpt Storm naar de Pup, maar hij krijgt hem niet te pakken.

"Lune, je moet je spullen gaan pakken." Ik kijk haar vragend aan. "We gaan weg hier, de rekeningen waren al maanden te hoog, en eind deze maand moeten we weg. Ik heb al een mooi appartement gevonden, maar ik wou je er niet mee lastig vallen. Hopelijk vind je het niet erg." Ik trek haar lachend mee naar boven. "Natuurlijk niet, dan kan ik eindelijk weer wat ontwerpen!"
_________________
Een vrolijke up, sorry voor het lange niet uppen, wegens foutcode twaalf, school, ouders, en een muis en toetsenbord die ingenomen zijn, kon ik gewoon niet uppen. Ik hoop dat jullie wel blijven volgen, want ik ga dit dagboek nog lang niet stoppen! Hierna komen nog 5 hoofdstukken, omdat ik elke generatie 5 hoofdstukken wil. Aangezien Storm nog zo jong is gaat alles nu veel sneller en begint generatie 3 met Storm als hij nog tiener is. Dus dan krijgen we ook het leven van een tienerbrein te zien!
Reacties?