Generatie 2! Nieuw persoon, nieuwe ideeën!
Hoofdstuk 1: Evan Graines
‘Nee! Laat me met rust! Ik ben geen baby meer hoor!’ Razend spurtte ik het huis uit, van mijn moeder vandaan. Ouders, ze snappen je niet. Hijgend keek ik achterom. Niets. Je weet maar nooit, met zo’n sportieve bejaarde moeder. Of ze je misschien achterna is gerend. Maar dat hoeft ook niet het geval te zijn, ze is heus niet dom. Ze heeft vast andere plannen om mij te stoppen. Het zou best kunnen dat ze over een paar seconden mij tegenmoet komt rijden in haar politiewagen. Tsja, wat wil je met een Driedubbelspionne als moeder? Je bent nooit even écht alleen, alles komt ze te weten.
Ik hield maar gauw een taxi aan, sprong erin en dook wat weg onder het raampje. Niet dat dat nodig was geweest, hier komen serieus amper taxi’s, dus een taxi die hiervan wegrijdt moet wel gevuld zijn met het weggelopen kind dat Meera heet. Ik telde mijn centen; ongeveer drieëntwintig Simdollars. Misschien genoeg om een dag van te leven zonder huis.
De taxi reed nu de stad in.
‘Waar wil je heen, meisje?’ vroeg de chauffeur.
‘Uhmm,’ zei ik. Waar ging ik eigenlijk heen? Was er eigenlijk wel iemand waar ik heen kon?
‘Waterlelielaan,’ mompelde ik en ik keek uit het raam. Daar woonde Dylan en het vriendinnetje van Sem, Erin. Misschien kon ik daar heen gaan. Ik stapte uit en bedankte de taxichauffeur.
‘Geen dank,’ zei hij en de taxi vertrok weer. En nu? De auto van Dylan stond niet voor de deur. Niet thuis dus.
Aanbellen bij Erin dan maar. Ik stapte naar de deur toe, belde aan. Niets. Nog een keer. Niets. Ik legde mijn handen tegen de ruit en loerde naar binnen. Alles was stil, geen beweging.
‘Ze zijn niet thuis hoor,’ klonk een jongensstem. Snel draaide ik me om.
‘Oh?’ zei ik wat ongeloofwaardig. Ik wist donders goed dat ze niet thuis waren, maar daar hoeft hij zich niet mee te bemoeien.
‘Ja, ze reden weg toen wij aankwamen.’ De jongen lachte. Hij stond voor het huis naast dat van Erin. Vlug nam ik hem in me op. Kwam me niet bekend voor, nee, helemaal niet.
‘Nieuw hier zeker?’ vroeg ik spottend. De jongen knikte. Ik wandelde wat naar hem toe.
‘Ik ben hier sinds ongeveer, ehh, wat zal het zijn, drie dagen? Mijn moeder, zusje Lia en ik zijn hierheen verhuisd vanuit Riverview. Lang verhaal overigens.’
‘Dat moet vast een hele klus geweest zijn, huh?’
‘Ja, dat klopt. Mijn naam is overigens Evan Graines, leuk je te ontmoeten.’ Hij lachte wat en stak zijn hand uit.
‘Ik ben Meera Frio,’ zei ik vriendelijk. Om nu meteen gemeen te gaan doen tegen deze sociale jongen, leek me niet zo’n goed idee. Ik schudde de hand.
‘Frio? Er is toch een jongen en die heet.. Addo Frio ofzoiets? Ik kwam hem tegen op school.’
‘Dat is mijn neef,’ glimlachte ik.
‘Kom anders even binnen, mijn moeder zal het vast niet erg vinden,’ zei Evan.
‘Goedemiddag meisje! Wie heeft Evan nú weer meegenomen?’ lachte een redelijk jonge vrouw.
‘Dat is Meera, mam,’ zei Evan en hij plofte in de stoel. ‘Heb je salade gemaakt?’
‘Ja, tuurlijk, dat is mijn lievelingseten!’ De vrouw streek door haar ravenzwarte haren en liep met een schaal in haar handen naar me toe.
‘Ik ben Emily, Meera,’ zei ze. ‘Dat kleine meisje in de slaapkamer is Lia.’
Ik knikte. Iets in dit huis kende ik. Aan de muur hing een fotolijstje met de foto van Sarah erin.
‘Wie waren de vorige bewoners?’ vroeg ik aan Emily.
‘Oh meid, dat weten we niet. In ieder geval waren het er veel.’ Ze wees naar de slaapkamers.
‘Er staan wel vijf bedden in dit krappe huisje. Ongelooflijk.’
Ik onderdrukte een lachje. Sarah had hier gewoond.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Later die avond..
‘Zeg Meera, moet jij niet naar huis?’ Emily keek me vriendelijk aan. Ik stopte abrupt met praten tegen Evan en keek Emily op mijn alleronschuldigst aan.
‘Eh, nee.’
‘Nee? Het is al elf uur hoor! Waar woon je? Is het ver weg?’
Liegen?
‘Ik woon dichtbij, ja, echt dichtbij.’
‘Meen je dat?’ Emily had het door.
‘Nee.’
Meera, Meera, wat doe je nu! Stomme stomkop!
‘Waar woon je dan?’ Emily had eindeloos geduld. Ik voelde Evans ogen in mijn rug prikken.
‘Klaterwaterval.’
‘WAT!’ Emily zuchtte en wandelde naar me toe. Ze pakte mijn schouders en keek als een moeder in mijn ogen.
‘Luister Meera, ik mag je moeder dan wel niet zijn, maar had je zoiets niet eerder kunnen vertellen?’
Ze zuchtte en sloot haar ogen. Leuk, ik zit in de problemen. Naar huis gebracht worden om elf uur ’s avonds is het ergste wat me kan overkomen. Mijn ouders zitten daar echt niet op te wachten.
‘Ze kan toch wel blijven logeren?’ Evan legde een arm om mijn schouder en keek op zijn allerzieligst naar zijn moeder.
‘Niets daarvan,’ zei Emily streng. ‘Ik breng haar onmiddelijk naar huis en jij past op Lia.’
‘Maar mam, zo’n lief meisje ga je toch niet naar huis brengen? Het is een compliment! Ze vind het hier zó gezellig dat ze de tijd vergat! Als je haar nu haar huis brengt, doe je er sowieso een uur over tot je er bent, en dan een uur terug, plus Meera’s leuke dag is verpest omdat ze op haar donder krijgt!’
Ik begon meteen heftig te knikken en Evan deed mee.
Evan is een kanjer in slijmen. En in flirten. Drol.
‘Nou goed dan. Deze ene keer. Hierna nóóit meer!’ Emily probeerde boos te kijken naar Evan, maar haar ogen lachten. Daarna ruimde ze de keuken verder op.
‘Ik ben goed hè,’ fluisterde Evan en hij knipoogde. Wat is het toch een schattie. Zo zorgzaam voor zijn kleine zusje maar ondeugend wanneer dat nodig is.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Ochtend..
‘Wat ben jij nu nog aan het doen?’ Verbaasd keek ik naar Evan die zat te krassen in zijn huiswerk.
‘Lukt niet, ik snap wiskunde nooit! Ik zie die logica er gewoon niet in! Wat is er logisch aan wiskunde? Niets!’
Hij beledigt me! Hij beledigt me omdat hij wiskunde beledigt! Ik zal hem eens een lesje leren! LETTERLIJK een lesje leren!
‘Kom eens hier met dat papier.’ Ik trok aan het blad. Evan schoof op met zijn stoel en keek mee.
‘Zie je dit hier? Dat doe je helemaal fout. Je moet het niet zo doen, maar zo.’
Evan knikte wat. ‘Wil je me voortaan na school helpen?’
‘Mij best,’ zei ik.
‘Zeg, houden jullie de tijd in de gaten? Jullie moeten zo naar school hè? De bus staat er al!’ riep Emily vanuit de badkamer.
‘Kom je ook mee?’ vroeg Evan.
‘Nee, spijbel gewoon een dagje. Of een uurtje. Ik ben nu te moe om te gaan.’
Evan haalde zijn wenkbrauwen op, pakte zijn tas en stapte de deur uit.
‘Baaaai mam!’
‘Meera,’ begon ze en ze zakte naast me op de bank. ‘Waarom ga jij niet naar school?’
‘Gaat jou dat wat aan?’ wilde ik zeggen, maar ik hield me in. In plaats daarvan zei ik:
‘Geen zin in.’
‘Geen zin in? Ga nou maar, voor je toekomst.’
Ik schoof wat heen en weer over de bank en trok een verveeld gezicht. Tss, toekomst.
‘Dan toch niet. Dan vertel ik je wel hoe het met mij is verlopen.’
Ik bleef stug onderuitgezakt zitten, maar eigenlijk wilde ik wel luisteren.
Emily stak van wal:
‘Toen ik net zo oud was als jij, had ik een vriendje. Het was niet echt een vriendje, het was geen echte verkering. Ik bedoel, we hadden elkaar nog nooit verkering gevraagd. Helaas zakten mijn punten snel en mijn ouders vonden dat ik meer aan school moest gaan doen. Hierdoor zag ik hem minder en minder, ik werd er heel verdrietig van. Later ving ik ergens op dat hij ziek was geworden en ik wilde hem bezoeken, maar daar had ik geen tijd voor. Drie dagen later overleed hij, aan een ernstige ziekte die al jaren slopend bezig was, maar te laat ontdekt was. Mijn wereld stortte in. Niemand besteedde aandacht aan mij, niemand hielp me om mijn verdriet te verwerken. Dagenlang heb ik gehuild. Het was mijn examenjaar, alles mislukte en ik maakte mijn school niet af. Wat jaren later leerde ik een andere man kennen, waarmee ik een relatie kreeg. We trouwden en kregen algauw een kind, dat was Evan. Alles ging goed, huisje boompje beestje, goede baan, leuk huis, lieve vrienden en een lieve man. Manlief dronk altijd wel veel, had een strafblad, maar nadat hij ontslagen werd wegens de bezuinigingen, dronk hij nog meer en raakte verslaafd. Hij was zichzelf niet meer, sloeg, schopte. Een keertje was ik niet thuis geweest, kwam terug. Evan had een blauwe plek op zijn been en hij klampte zich aan mij vast.
‘Papa heeft alles kapot geslagen,’ huilde hij. Ik was het zat. Zó ontzettend zat. Ik wilde scheiden, zo gezegd zo gedaan. Tijdens het regelen van de scheiding kwam ik erachter dat ik zwanger was. Ik vertelde niets tegen hem. De scheiding is pas achter de rug, alles doet nog zoveel pijn. Ik ben pas bevallen van Lia, een dochtertje. We zijn hierheen verhuisd om een nieuw bestaan op te bouwen en ons vreselijke verleden te vergeten.’
Ik had nooit gedacht dat achter zo’n positieve, vrolijke, optimistische vrouw zo’n verdrietig verscheurd mens zat. Ik had opeens veel meer respect voor haar, omdat ze dit zo aan een relatief onbekende vertelde.
‘Meera, ga naar school, doe je best, maak je school af. Zorg ervoor dat je niet in het wereldje komt waar ik in kwam.’ In haar ogen stonden tranen. Ik knikte.
‘Ga maar,’ fluisterde ze.
Ik had nooit gedacht dat ik vandaag toch naar school zou gaan. Het is haar gelukt. En het is mij gelukt om Evans toekomstige beledigingen te stoppen door hem te gaan helpen met wiskunde. Mooi zo.
Lees nu verder!
Laatst gewijzigd door Krieltje op zo 15 jul 2012, 15:58, 1 keer totaal gewijzigd.