Ik had opeens een inspiratie om een verhaal te maken, maar omdat mijn sims het niet doet, kan ik er geen foto`s bij maken, maar als nog hoop ik dat het een leuk verhaal is!
De titel kan nog aangepast worden, ik wist nog even geen goeie.
Abrupt word ik uit mijn slaap gewekt, het was deze keer mijn broertje die in mijn ogen met zijn nieuwe zaklantaarn zat te schijnen.
‘Jordi, laat me slapen!’ schreeuw ik boos naar hem. Ik wrijf mijn slaap uit mijn ogen, en keek mijn broertje eens aan. Hij kijkt met een bang gezicht naar mij.
‘Wat is er?’ vraag ik chagrijnig, en ik ga op de bedrand zitten. Zonder uitnodiging komt Jordi naast me zitten, en hij slaat zijn armen om mijn lichaam heen.
‘Papa en mama zijn weg..’ snikt hij dan opeens. ‘Ik had hele erge dorst, en ik wou wat drinken, maar papa en mama waren er allebei niet!’
‘Natuurlijk wel, je zag het vast verkeerd.’ Zeg ik dan, om Jordi gerust te stellen.
Voorzichtig pak ik zijn hand beet, en neem hem mee naar de slaapkamer van onze ouders. Als ik de slaapkamer binnen kom lopen, zoek ik druk naar het stopcontact. ‘Waar is dat rotding nou!’
‘Rox, hier is hij.’ Jordi loopt voorzichtig naar de andere kant van de slaapkamer, en het licht gaat meteen aan. Jordi komt weer naar me toe gelopen, maar als hij zich weer omdraait, en naar het bed kijkt, laat hij een harde gil horen.
‘Stil nou!’ sis ik naar hem, maar als ik naar zijn wijzende vinger kijk die naar het bed wijst zie ik waarom, midden in het bed ligt een grote plas, een grote plas rood bloed.
‘meneer, meneer!’ gillend kom ik het politiebureau ingerend. ‘Help me, alsjeblieft.’
De man achter de balie kijkt niet geïnteresseerd op. ‘Wat is er?’
Hijgend sta ik voor hem, niet wetend waar te beginnen. Dan komt mijn broertje binnen gerend, in zijn pyjama. Het is nog s`nachts, maar het politiebureau is nog open. Het enige licht dat er brand is van de hal en bij de balie.
‘Mijn vader en moeder zijn zomaar weg, mijn broertje heeft het ontdekt. En toen ik wou kijken, toen.. toen..’ opeens barst ik in snikken uit. Een politieagente die meeluisterde komt naar me toe gelopen ,en slaat haar blote arm om me heen. ‘Wat is er meid?’ zegt ze dan ook vriendelijk, op een toon die mij geruststelt.
‘Er lag allemaal bloed op het bed, het was gewoon zo eng, en we hebben het hele huis doorzocht, maar nergens een spoor van hun te bekennen!’
‘We?’ vraagt de politieagente geïnteresseerd.
‘Ja, mijn broertje en ik.’ En ik wijs naar de wachtkamer, waar Jordi aan het spelen is bij de blokkentafel.
‘Hoe oud is Jordi?’ vraagt ze dan, terwijl ze ondertussen naar mijn broertje kijkt.
‘zeven..’ antwoord ik dan.
‘Jan, maak hier een serieuze zaak van!’ antwoord de agente tegen de man, die mij nog een paar minuten ongeïnteresseerd mijn verhaal liet doen.
‘Wat jij wilt..’ mompelt Jan dan nors.
‘Wat?’ vragend kijkt de agente Jan met opgetrokken wenkbrauwen aan. ‘Wat had je te zeggen?’
‘Is goed, mevrouw!’ zegt Jan, deze keer opgewekt.
De vrouw neemt me mee naar de keuken van het politiebureau, en ze pakt voor mij wat te eten en te drinken.
‘Bedankt, maar mag ik ook wat voor mijn broertje meenemen?’ vraag ik dan dankbaar. De vrouw knikt, en pakt ook iets lekkers voor mijn broertje. ‘Maar,’ zegt ze dan, voor dat ze mij het broodje geeft. ‘Hoe heet jij?’
‘Roxanne.’ Zeg ik, terwijl ik alweer weg wil lopen. Ik loop naar mijn broertje toe, en geef hem het broodje wat er het lekkerst uitziet.
‘Bedankt, Rox!’ Antwoord hij, en snel grist hij het broodje uit mijn hand. Dan komt Jan weer binnen, die voorzichtig naast mij gaat zitten.
‘Mag ik je nog een paar vragen stellen?’ vraagt hij dan.
‘Ja hoor.’ Antwoord ik. Dan pakt Jan een schrijfblok en een pen, en begint hij honderd vragen te stellen.
‘Weet je ook of je vader of moeder ook vijanden heeft?’ Ik ben er inmiddels al wel zat van, ik snap heust wel dat dit kan helpen, maar ik word er gewoon nu zo zat van!
‘Nee, om zulke zaken met mijn ouders te bespreken,’ zeg ik, maar dan denk ik eens na. ‘Nou, gisteravond dus, hoorde ik hun wel ruzie maken, en het ging geloof ik over iemand, waarvan ze nog geld krijgen. Maar.. ze kregen het niet meer..’
Even kijkt Jan mij geïnteresseerd aan. ‘Vertel verder..’
‘Mijn vader riep geloof ik ook iets van als hij hem tegenkwam, dan kwam het niet goed..’
‘Oké, geloof je dat je vader iemand kan vermoorden?’ vraagt Jan dan opeens, terwijl hij druk bezig is met opschrijven, zodat hij mijn vragende gezicht niet ziet.
‘Wat voor een vraag is dat nou?’ schreeuw ik dan boos. ‘Mijn vader en moeder zijn verdwenen, ga ze zoeken! Ik weet echt niks wat jullie nog nodig hebben!’
‘Roxanne, dit is echt wel nodig. Iedere antwoord kan helpen, dus ook deze vraag!’ boos kijkt Jan me aan.
‘Ik ga ze zelf wel zoeken.’ Zeg ik nors. Ik loop naar mijn broertje toe, pak zijn arm en neem hem mee.
‘Blijf hier, je vind ze nergens!’ snel loopt Jan me achterna, maar als hij mij bijna te pakken heeft, sla ik hem volop in zijn gezicht.
‘Durf me niet tegen te houden.’ Zeg ik dan boos, terwijl ik dreigend naar Jan toe wijs. Jan wrijft over zijn wang, waar de striemen van mijn hand duidelijk zichtbaar zijn. Dan ren ik snel weg, terwijl ik Jordi meesleur.
Even later staan we bij het station. Snel loop ik naar het bord toe, waarop de treintijden staan.
‘Als ik een crimineel was, waar zou ik dan heen gaan met twee mensen?’ zeg ik dan, tegen niemand in het bijzonder. ‘Maar, misschien is er geen crimineel, misschien is het allemaal in scene gezet, omdat ze ons zat waren!’
Mijn ogen glijden over het bord, en ze blijven stil staan bij Amsterdam. Mijn zus, helemaal vergeten, die studeert in Amsterdam!
Snel bekijk ik de tijden, ik moet nog een uur wachten, en dan vertrekt de trein weer naar Amsterdam.
Ik pak mijn broertje weer bij de hand, en ik ga zitten op het dichtstbijzijnde bankje, wachtend op de trein. Jordi zijn ogen vallen al snel dicht, en alhoewel ik ook nog even wil slapen, kan dit niet. Jordi gaat met zijn hoofd op mijn schoot liggen, en legt zijn benen op het bankje. Ik sla mijn armen om hem heen. ‘Sorry Jordi, sorry, dat jij dit moet mee maken.’
Weer een update!
______________________________ De ontmoeting.
‘Roxanne? Jordi?’ met een open mond opent mijn zus haar deur. Na een lange reis, hebben we eindelijk haar appartement gevonden. Gelukkig wist ik op welke school ze zat, en met hulp van de directeur kwam ik erachter waar mijn zus verblijft.
‘Agnes, we.. we..’ ik kon mijn zin niet afmaken, of ik barste alweer in snikken uit. Ook Jordi kon zijn tranen niet meer bedwingen. Agnes haar warme armen voel ik om mijn lichaam.
‘Wat is er gebeurd, wat doe je in hemelsnaam hier?!’ fluistert ze me zacht toe.
‘Je weet nog helemaal niets, hé?’ ik haal mijn hoofd van haar schouder, en kijk haar dan diep in haar ogen aan. ‘Papa en mama zijn weg, het enige wat er nog in hun bed lag was een plas bloed, Jordi heeft het ontdekt..’ ik krijg het er moeilijk uit, en Jordi klemt zich aan mij vast.
‘Je maakt een grapje..’ zegt Agnes dat, terwijl haar gezicht wit word. ‘Nee, dit is geen grapje, dit is echt, ik bedoel, zo`n stom grapje, dat verzin je gewoon niet..’
Agnes draait zich om, en loopt haar kleine appartement in. Ik volg haar, en Jordi volgt ons ook sloffend. Ik hoor nog dat hij zacht de deur dicht doet. Met een zucht, en tranen in haar ogen ploft Agnes op de kleine bank neer, die nog maar net in de kamer past.
‘Hoe kan dit?’ het bleke gezicht van mijn zus kijkt mij strak aan. Voorzichtig ga ik naast haar zitten, en ik sla een arm om haar heen. ‘Ik weet het niet Agnes..’
Dan begint Agnes te huilen, en te vloeken. Mijn tranen komen ook weer op, maar ik probeer me groot te houden.
‘Rox,’ begint mijn zus dan, terwijl ze uit haar broekzak haar beurs pakt. ‘Hier, neem dit geld aan, en ga iets leuks doen met Jordi, ik heb namelijk zo een belangrijke toets, die ik echt niet kan missen. En aangezien mijn kamergenoot zo ook weer komt, lijkt me het niet verstandig dat jullie hier nu blijven.’
Agnes staat op, en pakt een tissue. Ze geeft er een aan mij, en wenkt dat mijn mascara is uitgelopen.
Jordi bleef de hele tijd staan, verbaast kijkend naar ons. Ik snap het ook wel, Jordi was een laat kind, en zo lang heeft hij niet met Agnes in één huis gewoond.
Agnes loopt weg, en een stilte vult zich in de kamer. Jordi komt naar me toe gelopen, en gaat op mijn schoot zitten. ‘Mogen we naar de Mac Donalds?’
Even wil ik nee zeggen, maar misschien is het ook wel goed. Jordi heeft het er vast net zo moeilijk mee, en een beetje afleiding kan nu echt helpen.
‘Natuurlijk, dat doen we.’ Een lach komt op mijn gezicht, en ook Jordi kan weer een keer lachen.
Dan komt Agnes weer de kamer in. Ze heeft andere kleren aangetrokken, maar haar tranen zie je nog duidelijk.
‘Zullen we?’ vragend kijkt Agnes ons aan, ze pakt haar tas en scheurt haar jas van de stoel af. ‘Ik ga wel een stukje met jullie mee lopen, ik ben toch te vroeg.’
Zonder een antwoord lopen we met z`n drieën het appartement uit.
‘Ik denk dat ik om 3 uur wel weer bij mijn appartement ben, kunnen jullie me dan weer vinden?’ zegt Agnes dan, als we voor haar school staan. ‘Dan zorgen we dat dit tot op de bodem word uitgezocht.’
Ik knik, en Jordi zwaait nog even naar Agnes. Dan lopen we de straat over, op weg naar de Mac Donalds.
Oproep: Als er iemand is die mooie screenshots bij dit dagboek kan maken, dan kunnen we er dus een gezamenlijk dagboek van maken!
Dus als je tijd hebt en zin, en echt mooie plaatjes bij dit verhaal kan maken, PM me dan even!
_________________
Hoop dat jullie het weer een leuke update vinden!?