Dankjewel.
Ik ben blij dat het niet zo'n groot probleem is, dit dagboek loopt namelijk best wel heel erg uit. Maar het einde van mijn generatie komt in zicht, no worries.
Hoofdstuk 7 -
Schuld bekroop Kendal iedere keer wanneer hij Stijn van school af haalde en zijn verafschuwde blikken naar andere moeders zag. Hij riep hem altijd snel naar de auto en vroeg hem tot in de details naar zijn schooldag, om zijn aandacht af te leiden. Sinds hij verteld had hoe het zat met zijn moeder, was er iets grimmigs en gelijkertijd jaloers in zijn houding. Vriendjes kwamen altijd bij hen over de vloer, omdat Stijn weigerde naar hun huis te gaan.
Kendal had getwijfeld om hem het echte verhaal te vertellen. Het leek zoveel makkelijker om gewoon te zeggen dat ze overleden was tijdens de bevalling, maar dat leek te oneerlijk tegenover Ally en ook beschuldigend tegenover Stijn. Zeggen dat ze gewoon was weggelopen was te hard, al was de werkelijke waarheid even erg, zo bleek.
Inmiddels was Kendal al helemaal gewend aan zijn baan op het hoofdkantoor. Zijn columns waren bekend in de gehele regio en hij was zelfs al eens uitgenodigd voor een televisie interview. Zijn kantoor was als een tweede thuis geworden en zijn collega’s een tweede familie.
‘Kendal!’ Beth, de secretaresse, hield hem aan op zijn weg naar de koffiebar ‘Ik kon je nergens vinden’ zuchtte ze melodramatisch. Hij knipoogde ‘De mannen toiletten zijn dan ook verboden terrein voor jou’. Ze schudde haar hoofd en grinnikte even voor ze ter zake kwam. ‘Gavin heeft zich tien minuten geleden nog eens ziekgemeld,’ Het was al 11 uur geweest, ze leek duidelijk geërgerd.
‘Nu doet het geval zich voor dat meneer net vandaag een afspraak heeft staan met een vrouw, ze stond in de krant laatst, voor een interview.’ Kendal voelde hem al aankomen ‘En je wilt dat ik het doe, nietwaar?’ ze knikte ‘Ze is er over tien minuten, het artikel ligt al op je bureau, als je het nu doorleest dan stuur ik haar zo naar je toe.’ nu was zij degene die knipoogde en vervolgens wegliep.
Hoofdschuddend liep Kendal naar zijn kantoor. Hij belde Beth nog op of zij even met de school wilde bellen om te zeggen dat Stijn naar het kantoor kwam, het was woensdag en hij was twaalf uur uit. Hij ging in zijn bureaustoel zitten en keek even voldaan om hem heen. In het jaar dat hij hier nu werkte had hij al een aardige verzameling van voorwerpen uit alle landen die hij bezocht had. Het maakte zijn kantoor één van de excentriekste in het gebouw.
Hij leunde achterover en pakte het artikel erbij, hij moest snel lezen want ze kon er elk moment zijn. Maar zodra hij de foto die erbij stond bekeek gooide hij het papier verschrikt op het bureau en stond op. Vertwijfeld liep hij naar het raam, maar toen hij zich omkeerde om de afspraak af te zeggen was het al te laat en stond hij oog in oog met Ally, ze moest zachtjes zijn binnengekomen en leek al net zo verschrikt als hij.
‘8 jaar ..’ was het enige wat hij uit kon brengen. Ze leek moe, haar wangen waren wat ingevallen. ‘Ik kon niet ..’ ze was totaal overdonderd door hun plotselinge weerzien. ‘je kon niet wat?’vroeg Kendal, plotseling weer even kwaad als de laatste keer ‘Je kon niet? Verdomme, acht jaar kon je niet?!’ hij wilde dat zij ook kwaad werd, maar dat werd ze niet. ‘In Egypte zijn ze niet zo soepel qua bezoekuren, Je hebt het artikel niet gelezen.’ Ze klonk verbitterd.
Hij ging aan het bureau zitten terwijl zij naar het raam liep, ze huilde, dat wist hij zeker. Kendal pakte het artikel en las het door, hij probeerde de woorden te bevatten. ‘Ingeluisd’ ‘Drugs smokkel’ ‘Gevangenisstraf’ ‘eis van 10 jaar’ ‘onschuldig verklaard na 8 jaar’ ‘Egyptische regering biedt excuses aan’. Verdwaasd keek hij naar haar om. ‘Je bellen leek geen optie, je wilde me toch niet zien’ zei ze. ‘8 jaar ...’ zei hij weer, al was het dit keer in een volledig andere context. ‘8 jaar ..’ hij kon zijn niet niet afmaken.
‘Pap?’ Stijn stond ietwat verward in de deuropening. Kendal zag hoe Ally bijna door haar knieën zakte. Ze draaide zich om, nu duidelijk met betraande ogen. Ze struikelde bijna over haar eigen voeten toen ze naar Stijn toe wilde rennen, maar Kendal hield haar tegen. ‘Ally stop!’. Het duurde niet lang voor Stijn die naam had gekoppeld aan het verhaal over zijn moeder. Hij keerde om en liep weg, waarbij de deur hard achter hem dichtviel.
Ally klampte zich nog steeds aan Kendal vast, bang dat haar benen haar niet meer konden dragen als ze losliet. Het was een rare gewaarwording voor Kendal om haar weer in zijn armen te hebben, zo kwetsbaar als ze nu was. Haar gesnik hield op en Kendal herkende de oude, zelfverzekerde Ally weer een beetje terug. 'Koffie' zei ze, haar tranen bedwingend. Hij knikte. 'We moeten praten'. Beiden klonken stukken zelfverzekerder dan ze waren.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Laat me weten wat je ervan vindt.