Katrien en ik bleven die nacht in de herberg. Of tenminste, alleen Katrien. Ik zou kort na klokslag 11 vertrekken. Om 00:00 zou ik Jevon ontmoeten bij de oude kerktoren.
Na het horen van de klok die 11 keer sloeg kwam ik uit bed. Ik griste mijn spullen bijeen en stopte die in een rugzak.
"Doe je voorzichtig?" Vroeg Katrien zwakjes.
"Natuurlijk schat." Antwoordde ik terwijl ik een kus op haar lippen duwde.
Zachtjes sloop ik de trap af, ik opende de deur geruisloos en ik stond buiten. Een koude gure wind blies in mijn gezicht. Ik stapte door de sneeuw richting het westen. Op dit tijdstip waren er alleen nog mensen op straat rond de café s. Ik liep over een keienstraat toen ik gesis hoorde.
"Xander!" Siste Jevon. Ik keek om en ging op het geluid af. Jevon stond naast de oude kerktoren.
"volg mij." Fluisterde hij. Ik sloop achter hem aan. We gingen door bosjes en andermans tuinen, het maakte niet uit want iedereen sliep toch. We kwamen uiteindelijk aan bij een groot herenhuis niet ver van het centrum.
"Hier is het." Fluisterde Jevon. "Jij houd de wacht, kom."
Jevon sloop naar de achterdeur en rommelde wat aan het slot. Dat ging vrij simpel open en in een mum van tijd stonden we op de marmere tegels.
"Blijf hier." Zei Jevon. Ik knikte terwijl hij in de gang verdween.
Ik was bang, ik wil hier eigenlijk niks van weten. Ik schrok af en toe van mijn eigen adem, totdat Jevon me aantikte. Hij had een zak in zijn handen.
"Snel weg, ik hoor voetstappen. We deden het slot weer op de deur en rende een paar steegjes in.
"Ziezo, alsjeblieft." Zei Jevon terwijl hij de zak aangeeft.
"Nee, ik wil hier niks mee te maken hebben." Zei ik humeurig.
"Heb jij het gestolen? Nee, ik heb het gestolen." Zei Jevon.
"Het gaat erom dat het gestolen is!" Zei ik boos.
"Luister, we waren bij een crimineel, dit geld is uit mijn zaak gestolen." Antwoord hij. "Zie het als een gift, ik wil jou en je vrienden alleen maar helpen."
"oké." Zei ik wantrouwend. "Maar je zadelt jezelf wel met problemen op hè."
"ik weet het."Zegt Jevon. "Ik zie je nog wel he, doe de groeten aan je vrienden." Jevon sprintte weg. Ik verborg de zak onder mijn jas.
Ik vond mijn weg terug naar de herberg.Daar sloop ik weer terug naar onze kamer, Katrien zat rechtop in bed.
"En?" Vroeg ze nieuwsgierig. Ik stooide de munten over haar bed. Na vlug tellen wisten we hoeveel erin zat.
"500!" Roep ik verbaasd.
"Haha, dat is geweldig." Zei Katrien blij. "Wat doen we met de rest?"
"Dat zien we morgen wel." Zei ik. We stopten de munten terug.
"Ik voel me zo beroerd Xander, en van dit stomme bed heb ik ook nog verschrikkelijke rugpijn gekregen." Klaagde Katrien. Ik dacht na. Dit is toch geen toeval?
"Katrien." Begin ik voorzichtig. "Ben je misschien niet zwanger?"
"Hé! Toch wel?" Riep ze verbaasd en blij tegelijk.
"Nou, ik weet het niet zeker, maar die rugpijn komt waarschijnlijk van de baby en niet van je bed.
Haar ogen blonken van de tranen.
Katrien sprong op en vloog me om mijn nek zoals nooit tevoren. Samen vielen we achterover op bed.
"Ik kan niet wachten!" Zei ze glunderend. Ze gaf me een kus.
"ik ook niet."
Mijn dag/nacht kon niet meer stuk!
{ Xander Loon }