Hier was ik dan. Hier zou ik de komende jaren van mijn leven doorbrengen, tot ik genoeg geld bij elkaar had verzameld om op mijn eentje te gaan leven. Het huis was echt gigantisch! Zou ik dit in mijn eentje moeten schoonmaken? Ik was niet eens netjes.
Joehoe. Ik keek er nu al naar uit. NOT.
Maar in het huis zelf zag ik dat ik het toch niet alleen zou moeten schoonmaken. Gelukkig. Er stond al een meid. 'Hallo!' zei ze vrolijk. 'Ik ben Mona, jij bent toch Bénédicte hè. Zo, wat brengt je hier, Béné? Ik mag je toch Béné noemen hè? Noem mij maar Moomoo, als je wilt. Moet ik je rondleiden hier? Dat vind ik geen probleem hoor.' Ze zei dit allemaal zo snel, dat ik haar toch onder de indruk aankeek. 'Eh - ja, oké.' zei ik, niet echt antwoordend op een specifieke vraag.
'Oké, laten we gaan dan!' Ze had een big smile op haar gezicht.
Terwijl we liepen en ze me de kamers toonde (met de gebruikelijke woordenstroom) mompelde ze regelmatig dingen als: 'Yes, eindelijk een vriendin!' of: 'Toch een beetje assistentie.'
'SSTTT! STIL!' fluisterde ze opeens luid (rare combinatie, trouwens), terwijl zìj eigenlijk al heel de tijd aan één stuk door aan het praten was. Ze wees door het raampje van de deur. 'Hier zit meneer Monet. Geen idee waarom hij Monet noemt, want hij heeft een hekel aan kunst. Hem mag je zeker niet storen wanneer hij aan het werk is, want dan kun je wel eens snel onder de groene zoden liggen. O ja, hij is nogal grijpgraag, dus zorg dat je niet met je achterwerk in zijn buurt komt.' Ze knipoogde.
We liepen naar de tuin, naar het zwembad. Daarnaast lag een jonge vrouw in een ligstoel. 'Dat is Fiona Monet, de dochter van meneer en mevrouw. Ze is een beetje snobberig, want zelfs als je haar 'mooiste godin van aller godinnen' noemt, vindt ze dat een belediging. Niet dat ik haar zo noem hoor, meestal noem ik haar gewoon mens. Ze kan niets goed, alleen weet ze het zelf nog niet. Daarom blijft ze bij haar lieve oudertjes wonen.' Fiona had ons gezien, en ze keek kwaad onze kant: 'Hé, gaan jullie niet beter mijn kamer in orde maken? Ik heb een stofje zien liggen op mijn kast!' sneerde ze.
Snel liep ik weg, maar Mona slenterde een beetje, om Fiona op haar zenuwen te werken. Ietsje verder was er een moestuin, waar er een tuinier in werkte. Hij was knap, merkte ik op.
'Dat is Jack. Ik weet eigenlijk niet of hij daadwerkelijk kan praten, want ik heb het hem nooit zien doen. Hij heeft geen gezelschap nodig, hij praat gewoonlijk tegen zijn lieve plantjes. Zielig, toch?'
Ik keek naar hem, maar reageerde niet.
We liepen terug naar binnen en gingen naar de slaapkamers kijken. Daar zagen we mevrouw Monet. 'Ze denkt steeds dat haar man vreemdgaat, en ze tut zich altijd op, maar daar gaat ze er nog beroerder van uitzien. Ze leeft vooral op thee, en kan er niet zonder. Haar familie is Frans dus ze heeft een beetje een Frans accent. Haar dochter is haar leven, en ze roddelt verschrikkelijk veel tegen haar vriendinnen.' giechelde Mona
We lachten een beetje te luid, en ze kwam uit haar kamer. 'Claire! Zou jij niet beter schoonmaken? En wie ben jij?' vroeg ze tegen mij. 'Ik ben Bénédicte, ik kom solliciteren voor meid.'
Ze keek me berekenend aan. 'Kun je schoonmaken?' Ik knikte. 'Oké, je bent aangenomen! Vanaf nu heet je Claire, oké? En,' ze wendde zich tot Mona. 'Claire, leer jij eens de regels aan Claire? En breng me een kop thee. Nu.'
We liepen naar de keuken en daar kwamen we de kok tegen. 'De kok heet Sébastien. Hij is erg flirterig en heeft het zowat gedaan met iedereen in dit huis. Zelf de mannen. Soms onder dwang.
Ik ook, maar ik wou wel, ik vind hem best lekker.' Ze knipoogde weer. Ze vroeg een kop thee aan hem en we brachten hem terug naar mevrouw.
Daarna toonde ze me onze kamer. Die was klein, maar best gezellig. 'Zo, dat was de rondleiding,' zei ze met een typische gids-stem. 'Hier is je uniform. Trek aan en dan kunnen we aan de slag.'
Zo! Dat was de eerste update; wat vonden jullie ervan? Ik hou ervan om dit alles te schrijven!