Familie van Zomeren de Rozen
Geld en geheimen

‘Goedenavond, ik kom voor Victoria. We hebben een afspraak’ zei Ramon, nadat Rosa de deur van het imposante huis had opengedaan. Ramon had al aangebeld bij het hek, en zij had hem erin gelaten, maar hier moest hij, nadat hij door de enorme voortuin had gelopen, nog een keer aanbellen. Rosa knikte en zei: ‘Welkom, meneer Drivier. Victoria is in haar atelier. ‘ Ze opende de deur ver genoeg om Ramon binnen te laten en sloot hem daarna. Ramon keek rond in de hal, hij was donker, stijlvol en chique. Rosa liep langs Ramon heen. ‘Volgt u mij maar,’ zei ze en ze liep voor hem uit naar de woonkamer. Ze rilde even, toen Ramon achter haar liep. Ze kreeg de kriebels van die man, hij was vreemd, bijna duister. Ze had geen goed gevoel bij zijn aanwezigheid hier.

Toen Rosa door de boog, langs de trappen, de woonkamer in kwam lopen, stond Roderick op van zijn stoel. ‘Ah, Rosa. Heb jij toevallig Christiaan gezien?’ Hij klonk in Rosa’s oren erg vriendelijk, maar ze zag aan hem dat hij ergens kwaad over was. Waarschijnlijk was Roderick erachter gekomen hoeveel Christiaan had uitgegeven aan de nieuwe meubels in het huis. ‘Meneer zit in zijn kantoor. Wilt u dat ik hem zo voor u haal?’ vroeg Rosa. ‘Nee, hoeft niet. Ik ga zelf wel even naar hem toe. Ik moet even een hartig woordje met hem spreken,’ Roderick draaide zich om en liep de gang, die naar het kantoor en de salon van Christiaan leidde, in. ‘Sorry, meneer Drivier. Ik zal naar Victoria’s atelier brengen,’ zei Rosa tegen Ramon, die geduldig achter haar stond te wachten.

‘Ah, ik dacht al dat ik een bekende naam hoorde.’ De deur van het atelier was opengegaan en daar stond Victoria. Ze zag er heel gelukkig uit. Ze was vandaag al de hele dag bezig geweest in haar atelier en had al heel wat nieuwe kunstwerken gemaakt en wat ideeën opgedaan voor nieuwe werken. Als ze zo nog even door zou gaan, zou het museum snel vol zitten met prachtige werken van een lokale kunstenares. ‘Lieverd, wat zie je er goed uit. Ik wet dat het door je kunstwerken komt,’ Ramon liep naar Victoria toe en gaf haar joviaal drie kussen op haar wangen. ‘Kan ik iets naar het atelier brengen? Een glas wijn? Een hapje?’ vroeg Rosa, die nog steeds bij de boog naar de hal stond. ‘Wil jij iets te drinken, Ramon?’ vroeg Victoria. ‘Nee dankjewel, ik wil graag je kunst zien,’ antwoordde hij. ‘Dan kun je gaan, Rosa, dankjewel,’ Victoria glimlachte en liet Ramon haar atelier binnen.

Zonder te kloppen kwam Roderick Christiaans kantoor binnen. De deur klapte hard tegen de kandelaar die erachter stond. De kandelaar wiebelde gevaarlijk,maar viel niet om. ‘Roderick! Sinds wanneer kloppen wij niet meer?’ Christiaan stond bij de boekenkast en keek geschrokken om. Roderick deed de deur met een klap dicht. ‘Ik ben razend! Hoe heb je dit kunnen doen vader!’ Christiaan draaide zich om, terwijl Roderick naar hem toe stormde. Hij stak meteen zijn tirade af tegen zijn vader. ‘Wij hebben geen geld! Het familiebedrijf is het hele jaar nog niet winstgevend geweest en het onderhoud van het huis kost ons te veel geld en ondertussen ga jij doodleuk elke verdomde kamer van het huis vernieuwen! Herinrichten! Ben je gek geworden! En waar komen die auto’s vandaan! Wij hebben hier geen geld voor, vader!’ Christiaan keek Roderick hooghartig aan. ‘Wat denk je wel niet!?’ zei hij, ‘Dat jij de enige bent die het geld beheert? De familie Troost heeft ook nog kapitaal, Roderick! Ik weet heus wel wat ik doe! Als je het niet erg vind, verdwijn uit mijn kantoor. Ik was bezig, met zaken. Voor ons bedrijf, Roderick, om het weer winstgevend te maken. Iemand moet het doen!’ Roderick staarde Christiaan zwijgend aan en draaide zich toen om. ‘Je doet domme dingen, vader’ zei hij en hij verliet het kantoor.

‘Hier ben ik aan begonnen, vanmiddag,’ Victoria liet Ramon haar nieuwste schilderij zien. Het was nog verre van af, maar ze had het helemaal in haar hoofd zittne. ‘Ziet er prachtig uit, werkelijk fenomenaal!’ Ramon ging voor het schilderij staan. ‘Echt, magnifiek. Als het hele museum vol hangt met dit soort kunst, nou dan, werkelijk waar, geweldig!’ Ramon kwam maar moeilijk uit zijn woorden, zo mooi vond hij het. Of tenminste, zo deed hij dan. Eigenlijk vond hij het wel meevallen. Maar zijn opdracht was duidelijk. Victoria moet denken dat ze een wereldster is en vervolgens dit vervloekte gat verlaten, zodat ze zich op Roderick konden concentreren. De rest van de planning was nog niet bekend, voor hem dan. ‘Hier heb ik nog wat staan,’ Victoria was naar de andere kant van de kamer gelopen.

‘Wauw. Daar heb ik ook geen woorden voor,’ zei Ramon, terwijl hij het kunstwerk bewonderde. ‘Weet je, eigenlijk heb ik daar wel woorden voor. Ik heb wel woorden om te beschrijven hoe mooi het is,’ zei hij met een zwoele stem. Victoria giechelde. ‘Oh ja? Welke woorden dan?’ vroeg ze plagerig. Ramon stapte op haar af. ‘Het is net zo mooi, als jij bent,’ zei hij zacht, terwijl hij haar hand streelde. ‘Oh, Ramon,’ zei Victoria, terwijl ze nog een keer giechelde. ‘Weet je wat me heel leuk lijkt, als we jouw kunst eens bespreken over een gezellig diner, bij de bistro? Morgenavond?’ stelde Ramon voor, terwijl hij nog steeds op die zwoele toon sprak, die Victoria helemaal week maakte. ‘Dat lijkt me zeker een heel leuk idee. Morgenavond?’ Victoria glimlachte en knipperde met haar ogen. ‘Dan spreken we dat toch af? Morgenavond, bij de bistro. Jij en ik,’

Rosa zette de borden van het avondeten in de vaatwasser. Ze miste Elisabeth wel. Altijd, na het avondeten, nam Elisabeth de moeite om haar te zeggen dat ze lekker had gegeten, of om te zeggen dat de huiskamer er weer netjes uit zag. Rosa zuchtte. Misschien werd het tijd voor haar, om binnenkort eens met pensioen te gaan. Ze werkte ook alweer bijna 40 jaar voor de familie. Haar gedachten dwaalde af naar Ramon. Ze kreeg de rillingen van die man. Misschien moest ze eens wat dieper gaan onderzoeken wie die man was. Hij woonde niet in het dorp, dat wist ze. Hij zou vast in het hotel logeren. Ze deed de vaatwasser dicht en pakte een schone vaatdoek om alles nog even af te doen. Zo meteen was ze klaar en dan kon ze even lekker relaxen. Ze was wel toe aan wat slaap. Morgen had ze een vrije dag, heerlijk.

‘Kan ik nog wat voor u doen, meneer?’ vroeg Rosa, toen ze nog even een ronde door het huis liep om te kijken of er nog wat was dat gedaan moest worden. Christiaan zuchtte: ‘Nee Rosa, ga maar slapen. Geniet van je vrije dag morgen.’ ‘Dankuwel, meneer, welterusten.’ Rosa wilde naar de gang lopen, maar op dat moment hoorde ze vanuit het atelier dat Ramon afscheid nam van Victoria. ‘Nee, ik kom er zelf wel uit. Tot morgenavond, ik heb er zin in,’ hoorde Rosa. Snel liep ze door, terug naar de keuken. Vanuit daar zag ze hoe Ramon naar buiten liep.
In de huiskamer zuchtte Christiaan nog een keer. Hij had nu de juiste papieren voor zich van de bankrekening van de familie Troost. Die hij vanmiddag had gezien, stamde uit 1990. Hij zuchtte diep. De bankrekening was lang niet zo hoog als hij dacht en Roderick had gelijk. Ze hadden geen geld en hij had het verkeerd uitgegeven vandaag. Misschien moest hij het bedrijf wel verkopen…. Of het landgoed.

Roderick stapte uit de auto, die hij had geparkeerd op de parkeerplaats van de theaterboulevard. Hij liep naar het hotel, het was stil in de straten. Het was ook al laat. Hij liep het hotel binnen, waar enkele gasten nog in de lobby stonden. De eetzaal was zojuist gesloten. Hij liep naar de balie. ‘Goedenavond, meneer. Welkom in Hotel Kalmenbos, waar kan ik u mee helpen?’ ‘Ik zoek mevrouw van Zomeren de Rozen. Waar kan ik haar vinden?’ De vrouw keek op haar computer. ‘Mevrouw van Zomeren de Rozen heeft de kamer op de bovenste verdieping, kamer 15. Dat is hier de trap op, en dan nog een keer de trap op en dan is het de linkerdeur.’ Roderick glimlachte. ‘Dankjewel.’ Hij liep naar de trap toe en zag dat de man die een uur geleden nog bij hem thuis was, naar de bar liep. Roderick was nieuwsgierig wat hij hier deed en volgde hem.

Ramon bestelde een drankje bij de bar en ging zitten. Roderick keek om de hoek en tot zijn schrik zag hij aan de bar de vrouw zitten die hij zocht. Hij had haar niet verwacht daar te zien en het kwam niet echt goed uit. Hij stapte op haar af. ‘Moeder, ik wil met je praten,’ zei hij. Elisabeth reageerde niet en dronk van haar drankje. Roderick ging naast haar zitten. ‘Moeder, ik ben er niet blij mee dat je weg bent. Ik ben ook totaal geen voorstander van dat jij van vader wilt scheiden.’ ‘Ach man, ga toch weg. Ik hoef je smeekbedes niet te horen. Je komt hier alleen maar om geheimen te ontfrutselen over de schatten van mijn familie,’ Elisabeth nam vervolgens weer een slok van haar drinken. ‘Ga naar huis, het is laat.’ Ze zette haar lege glas op de bar en liep de kamer uit. Roderick liep haar snel achterna. ‘Moeder, je moet het met me delen! Vader geeft geld uit als water en het duurt niet lang meer voor we het landgoed moeten verkopen. Dat wil jij toch ook niet?’ Elisabeth snoof. ‘Het maakt me niets uit. Ik wil niets meer met jullie te maken hebben, heb je dat begrepen, Roderick? Welterusten.’ Elisabeth liep de trap op.

Roderick volgde haar naar boven. ‘Moeder! Ik wil dit niet zo! Dat geld is belangrijk en dat jij en vader bij elkaar zijn ook! Ik wil dit niet, begrijp dat dan!’ Elisabeth liep door naar boven, zonder enig e aandacht te geven aan haar zoon. ‘Ik ben al beneden geweest, in de gangen. Ik heb het boek gevonden. Voor je het weet heb ik die crypte gevonden en dan is alles van mij, moeder. Ik wil samenwerken, samen kunnen we het beter en kunnen we alles uit deze geldbron hallen. Jij kunt niet winnen. De familie zal weer groots worden, maar niet met jou als matriarch.’ Elisabeth maakte de deur van haar kamer open en ging naar binnen. Roderick wilde haar achterna lopen, maar ze deed de deur met een harde klap dicht. Er klonk een klikkend geluid. Roderick zuchtte, de deur zat op slot.

‘Ik zoek Ramon Drivier, ik weet dat het laat is, maar het is nogal dringend. Ik ben een goede vriendin van zijn moeder en ik heb slecht nieuws voor hem.’ Rosa zei het met haar bezorgdste stem en had ze vrouw achter de balie meteen overtuigd. “Meneer Drivier slaapt op de tweede verdieping, kamer 4. Hij is de trap op links. Sterkte mevrouw, u ziet eruit alsof u het nodig heeft.’ De vrouw glimlachte medelijdend. “Dankuwel, dankuwel,” Rosa liep de trap op. In de gang boven sloop ze voorzichtig naar de deur. Ze hoefde geen moeite te doen om wat te horen. ‘Diana, met mij,’ Ze was duidelijk precies op tijd. ‘Ja, ik heb morgen een afspraak met haar. Eens kijken hoe ver ik haar kan laten gaan.’ Het was even stil. ‘Ik heb mijn eigen werkmethode Diana! Ik bepaal zelf hoe ik mijn doel bereik. Goedenavond nog!’ Rosa was geschrokken. Diana? Diana Groenewoud. Zat zij hierachter? Rosa liep trillend weer weg van de deur. Wat moest ze doen? Eerst maar eens contact opnemen met Olivier, voor de zekerheid.

Victoria zette de laatste streep op haar schilderij. Ze was moe, het was tijd om te slapen. Ze dacht aan Ramon, wat een charmeur. Ze was wel onder de indruk van de wereldman. Morgenavond een gezellig diner. Eigenlijk had ze er wel zin in. Ze zou morgenmiddag eens langs Kenny gaan voor een nieuwe jurk en zodat hij haar haren kon doen. Ze gloeide een beetje, wat haar verontrustte. Misschien was ze wel te gecharmeerd. Ze legde haar schildersspullen weg. Nee, besloot ze. Ze zou Ramon niet tussen haar en Roderick laten inkomen. Morgen zou ze hem duidelijk maken dat, hoe charmant en aanlokkelijk hij ook was, ze niets van hem wilde. Alleen kunst, meer niet. Ze glimlachte en voelde zich zeker. Ze knipte het licht uit en ging naar haar slaapkamer.