Ik rende door een winkelstraat. Bij de meeste winkels waren de ramen kapot en de deuren stonden open. Ik rende een hoek om en kwam in een doodlopende straat. Ik stopte.
"Shit." Zei ik. Ik had wel een beetje haast, stel je voor dat ik werd achtervolgd. Ik keek opzij, een instrumenten winkel. Ik stapte naar binnen maar er was niemand meer. Overal lagen glasscherven en er stond een lege vitrine.
"Hmm, eens kijken." Mompelde ik. Ik stapte door de zaak, het glas kraakte onder mijn zolen. De donkere en mysterieuze sfeer gaf me rillingen over mij hele lichaam. Of het nou door het zachte briesje kwam of niet.
Ik liep naar de achterkant van de zaak, en daar stond wat ik moest hebben.
In een vitrine met dik glas stond een prachtige gitaar van een donkere houtsoort. Achter de balie vond ik een grote zak waar hij in kon. Daarna zocht ik naar een zakdoek, die vond ik ook achter de bar. Ik deed de zakdoek over mijn hand heen en bond die vast met een stukje touw. Zo zou mijn hand straks niet te erg beschadigen. Ik haalde uit en sloeg de glasplaat doormidden. Een tinteling volgde door mijn hand en ik voelde een stekende pijn, maar ik had geen tijd om daar aan te denken. De gitaar deed ik voorzichtig in de zak en ik maakte aanstalten om weg te gaan tot ik geschreeuw achter me hoorde. Het was de eigenaar van de winkel. Ik wilde weg rennen maar ik werd vastgepakt. Ik keek opzij, de eigenaar had een dolk en haalde uit.
De dolk stak door mijn arm alsof het niks was. Ik gaf een korte schreeuw, beet op mijn lip die ook begon te bloeden.
"********." Riep ik. Ik sloeg met mijn vrije hand de eigenaar knock out en ik probeerde zo snel mogelijk weer naar het schip terug te keren. Die dolk moest eruit! Een ondragelijk pijn!
Ik keek naar mijn bovenarm, de dolk stak er in zijn geheel aan de andere kant uit, ik moest even slikken bij het aanzicht ervan.
~| Jack Beckeans |~