'Mevrouw Fuchsia!' klonk het door de gang, 'kunt u even meekomen?'
Grauw liep voor me uit, de bibliotheek in en op dat moment wist ik het zeker. Hij wil me ondervragen, de ex van het slachtoffer. Iedereen verdenkt me, straks verdenkt hij me ook.
Met klamme handen liep ik de bibliotheek in en nam plaats in de stoek tegenover de inspecteur.
'Laat we maar meteen beginnen, waar was u op het moment van de moord?'
Ik moest even slikken, zie je, ik wist het.
'Ik was op mijn kamer, met mijn dochter en die Lieve. Ik weet nog dat Lieve enorm begon te gillen toen de stroom uitviel, ik ben een hele tijd bezig geweest met haar kalmeren.'
'Aha,' zie Grauw en krabbelde wat op zijn papieren 'En hoe liep uw relatie met Dr. Swarts?'
'Laat ik maar eerlijk zijn, verschrikkelijk, maar wat verwacht u ook? Hij bedroog me! Ik kon hem niet luchten of zien, ik ging alleen op zijn uitnodiging in om hem eens goed te vertellen wat ik van hem en zijn 'nimfjes' vond.' Ik zei dit misschien iets te boos, ik mocht mezelf niet verdacht maken, dus zei ik maar: 'Maar ik was erg blij toen hij zijn leven beterde, misschien was er toch nog hoop. Tragisch dat dan zo iets moet gebeuren.'
De inspecteur knikte wat 'U weet dat u door een groot aantal mensen verdacht wordt?'
'Dat ligt voor de hand, het is wel erg makkelijk mij te verdenken. Ik was ook erg boos op hem, maar dat slijt, ziet u, ik zou Alex nooit vermoorden. Ik hield nog steeds van hem, ook al waardeerde hij totaal niet wat ik allemaal voor hem deed, ik zag hem nog steeds als de man waarmee ik ooit trouwde.'
'En wie ziet u dan als verdachte, mevrouw?'
'Zijn zus. Zij is vreselijk achterbaks. Zij en ik, zijn als water en olie. Of die gekke Saskia, niemand kent haar, niemand weet waarom ze hier is en ze is gewoon raar, vreemd typje. Was dat alles.'
'Alles, mevrouw, u kunt gaan.'
Ik liep naar de deur en zette de deur al op een kier, toen ik me omdraaide en zei: 'Inspecteur? U verdenkt mij toch niet, hè? U kijkt toch wel verder dan uw neus lang is. Ik weet dat ik een motief heb, maar ik zag hem nog steeds als mijn man, weet u.'
'Tot nu toe, kan ik nog niets vastleggen, maar ook niet uitsluiten, mevrouw, prettige dag verder.'
Ik liep de kamer weer uit, nog steeds nerveus, al had ik het goed verborgen kunnen houden, ten minste dat hoop ik. Waarom verdenkt iedereen mij? Zijn ze dan echt zo onwetend?
Mevrouw Elanoire Fuchsia
(sorry beetje lang

)