De laatste bierglazen werden afgewassen in het café. Ik stond op het punt om af te sluiten en naar huis te gaan, totdat
ik werd gebeld op mijn mobiel. Mijn eerste gedachten was, de ‘mysterieuze beller’, die laatst mij vertelde dat ik naar de plaats delict moest komen. Ik keek op het schermpje van mijn mobiel. Gelukkig, het was Linda, mijn vrouw. “Ha, Linda!
Wat is er?” vroeg ik. “T-t-thomas, er is weer iemand dood!” stotterde ze waarna ze in huilen uit barstte. “Wat?! Wie? Waar?” vroeg ik verward. Ik kon het nauwelijks geloven. De derde op rij, drie doden in een paar dagen tijd. “In de bibliotheek. Het is Marie, de boekenkast is op haar gevallen.” Mijn mond viel open van verbazing. Hoe heeft dit kunnen gebeuren? Was dit toeval, of moord?
- Thomas Conley
